woensdag 31 augustus 2011

Mannen onder elkaar....

Om de week loop ik, meestal beladen met kisten piepschuim heuvels en tinnen soldaatjes, mijn eigen mannenbolwerk binnen; de wargamesclub. Meestal word ik dan verwelkomd door een aantal mannelijke dertig-plussers die bezig zijn elkaars vers geschilderde legers te bewonderen of zijn verwikkeld in een volstrekt onbegrijpelijke discussie over de een of andere vierde-eeuwse speer. Gewoon gezellig dus. Maar nu ontwaarde ik al bij binnenkomst een ietwat gespannen atmosfeer. Iedereen zat er wat strak bij. Ontwijkende blikken alom.

De oorzaak hiervan, gekleed in een spannende heupbroek, een navelonthullend hemdje en trendy jack, was niet te missen. Ze heette Mireille en kwam Lord of the Rings spelen. Ze had althans begrepen dat we dat hier vanavond zouden doen. Of niet? Dirk, hoofdverdachte omdat hij zich bezig houdt met dat spel, hield vol dat hij nergens van wist, geen spullen bij zich had en helaas een andere afspraak had vanavond. Geen idee waar het gerucht vandaan kwam. Sorry hoor. Ondertussen zette men met een beetje gène de heuvels en de bosjes op de speeltafels klaar en deed zijn best niet te staren. Spelen jullie überhaupt Lord of the Rings? Ja hoor. Al een paar keer gedaan. Alleen niet vanavond. Mireille drentelde onbekommerd en nieuwsgierig rond, bewonderde mijn zelfgebouwde science-fiction gevechtshelikopters (voormalige HappyMeal cadeautjes, gered van een lot erger dan de Vrijmarkt, vertelde ik zonder enige schaamte) en werd toen gebeld. De kroeg waar ze werkte bleek mensen tekort te komen die avond, dus ze moest er vandoor. Jammer, zei ik. Welnee! Werken in de kroeg was hartstikke leuk. Met een opgewekt advies om daar eens langs te komen en het Bluesfestival van die avond te komen bezoeken vertrok ze.

Even was het stil. Toen leek er een zucht door de zaal te gaan. Van opluchting of van spijt; wie zal het zeggen?

dinsdag 12 juli 2011

Meisje

Op een mooie warme nazomeravond in oktober loop ik mijn voordeur uit om wat welvaartrestanten in de GFT-bak te gooien. Ik woon aan een pad en als ik op het goede moment van een zonnige avond mijn voordeur uit stap en naar links kijk strijkt de ondergaande zon me tegemoet. Net langs de bomen en het riet langs de sloot. Het is het goede moment. Zelfs beter dan gewoonlijk, want langs het pad danst een meisje.

Ze zal een jaar of tien zijn geweest en ze waant zich helemaal alleen op het pad. De zon omkranst haar met roze licht zoals alleen de zon dat alleen bij meisjes kan. Ze staat, haar ogen dicht, op haar tenen en reikt met een sierlijk theatraal gebaar met haar beide armen naar de boomtakken boven haar. Ik durf me niet te bewegen en hou mijn adem in.

Ze doet twee zwevende passen naar voren en zwaaide haar armen naar links, naar rechts. Ik kan de muziek in haar hoofd bíjna horen. Ze draait, danst terug, draait weer terwijl het zonlicht als applaus op haar neerdaalt. Ze beweegt haar armen voor zich uit alsof ze de wereld wil omarmen en de muziek in haar hoofd zwelt zichtbaar aan. Dan daalt ze neer op de laatste maat, buigt en neemt de geluidloze ovatie in ontvangst. Ze opent haar ogen om naar haar onzichtbare publiek te lachen. En ziet mij: haar publiek.

Voor een ogenblik verstart ze. Dan trekt ze haar schoudertjes naar achteren, steekt haar neus in de lucht en loopt met een stalen gezicht langs me heen terwijl ze een intense interesse in de sloot langs het pad veinst.  Haar slippers klepperen de hoek om en ze is weg.

De zon gaat onder en ik sta te glimlachen met een pan koude aardappels in mijn handen.

Eindelijk een blog voor columns

Jaren geleden begon ik met het schrijven van columns: maximaal 300 woorden voor een boeiend, verrassend, ontroerend of intrigerend onderwerp. Ik stuurde ze naar vrienden en we hadden veel plezier aan het schrijven en lezen ervan. Drukte en carriere deden het verwateren, maar het bleef toch knagen.

Dus.....

zal deze blog vanaf juli 2011 minstens 1 keer per maand een column publiceren. Hierna mijn eerste bijdrage. Wat ouder werk, maar nog lezenswaardig wat mij betreft.

Jan-Willem